Veranderingen in Nepal
Als ik ergens na langere tijd weer kom, ben ik gespitst op veranderingen. Wat is er nu werkelijk anders dan het afgelopen jaar? De meeste veranderingen gaan uiteraard geleidelijk en vallen daardoor niet op, maar na een jaar afwezigheid is het voor ons soms juist wel zichtbaar. De meest duidelijke verandering was wellicht de weerbaarheid van de jongere generatie. Generation Z, zoals ze zich noemt, kwam massaal voor zichzelf op. Het verbod op sociale media (zo onhandig, met een VPN deed alles het natuurlijk zo weer) en de grote corruptie binnen de regering en overheid leidde tot grote protesten. Deze protesten werden "neergeslagen", met vele doden tot gevolg. Toen sloeg wederom de vlam in de pan. De machteloosheid, frustratie en boosheid leidde tot een bundeling van krachten en Generation Z gaf de boodschap af het niet langer te pikken. Gebouwen van ministers (groot, luxe en vaak verkregen met smeergeld) en ook gebouwen van bedrijven die door corruptie een grote voorsprong kregen werden afgebrand. Enkele ministers in de top ministers traden af en er is nu een club van ministers die het volgens Generation Z heel aardig doet. Vooral de vrouwelijke premier wordt gewaardeerd. Ze is door alleen haar geslacht al een tegenpool van de oude garde en vertegenwoordigt hiermee de nieuwe wind die door de overheid waait en een eerlijker afspiegeling van de bevolking is. De strijd is nog lang niet gestreden. De oude garde is van plan zich gewoonweg weer verkiesbaar te stellen en het oude beleid voort te zetten. Daar profiteert alleen de oude garde en een kleine bevolkingsgroep van, corruptie blijft bestaan en slechts een klein deel van de bevolking krijgt het beter. In maart zijn de verkiezingen, als de oude garde weer aan de macht wil komen of dreigt te komen, denk ik dat de onlusten opnieuw de kop op gaan steken. Bovendien is het nog lang niet klaar: niemand is nog verantwoordelijk gehouden voor de doden, gerechtigheid heeft nog niet plaatsgevonden. En er moet zoveel gebeuren in dit land waar iedereen en vooral degene die de toekomst heeft van profiteert. De oude garde, de club zakkenvullers, kan echt niet meer terug aan de macht, al denken ze er zelf anders over. Iedereen die we spreken is het eens met de protesten en toont begrip, al worden de vernielingen ook wel afgekeurd.
Het gevolg van het protest is vooral zichtbaar in het straatbeeld. De vestigingen van de Bhat Bateni, een grote keten van warenhuizen, ligt in puin en ook het Hilton is volledig afgebrand. Toen we er langs reden rook ik het vuur nog en de puinhoop is enorm.
Een andere verandering in het straatbeeld: er zijn enkele stoplichten, heel bijzonder is dat! Er was er één, nu zag ik al drie nieuwe. Er is een boog over de weg gespannen met daaraan het verkeerslicht: rood en groen. Daarnaast is een soort van scorebord gemonteerd waarop wordt afgeteld naar wanneer licht groen wordt. Natuurlijk staat er een nerveus fluitende verkeersagent bij, zonder hem of haar zou het verkeerslicht nooit door de verkeersdeelnemers opgevallen zijn. Het doet me denken aan een hele tijd terug, toen was er één stoplicht. Wij kwamen terug van trekking en reden in de jeep, tot de chauffeur voor dat ene groene verkeerslicht stopte. Er volgde een hele discussie tussen chauffeur en gids: rijd je door met groen, of moet je dan juist stoppen? Het was midden in de nacht en er was echt geen hond op de weg, nadat het een keer of vier groen en rood geweest was, besloot de chauffeur na vele malen aandringen door de gids maar te gaan rijden.
Ook zijn er op splitsingen met een grote dode hoek spiegels geplaatst, en dat zijn er nogal wat. De stroom, die in een enorm spinnenweb bovengronds liep is nu bijna geheel ondergronds en er is ook riolering. Het onderhoud hieraan wordt ouderwets niet gecoördineerd, dus is de weg heel regelmatig opgebroken. Maar ook over een opgebroken weg probeer je te rijden, dat lukt best tot het tegendeel bewezen is.
De smog boven de stad lijkt iets verminderd. Misschien is dat het gevolg van de vele elektrische auto's die in de stad rijden, wellicht is dit ook mijn wensdenken. Stroom is hier veel goedkoper dan benzine, dus ook een taxi die elektrisch rijdt is goedkoper. Tijdens een rit kunnen zowel stroom als benzine opraken natuurlijk. Dat eerste maakten we niet mee, ook niet in onze lange rit naar Nagarkot. We vonden daar op de heuvelrug een leuke kamer met uitzicht op de Himalaya, ook vanuit bed kon ik de witte bergtoppen bewonderen. En ja, daar kom ik toch heel erg voor, voor die bergen. Van Nagarkot liepen we terug naar Changu Narajan, een dorp met een mooie oude tempel. We deden er zo'n vier uur over, best vlot, maar hielden er wel een spierpijntje aan over. Niets gewend die Hollanders, zodra het ook maar een beetje daalt en klimt roepen ze "au". De taxi komt niet in Changu Narajan, of je moet het van te voren regelen. Natuurlijk hadden wij, ervaren Nepal-gangers, dit niet gedaan. De uitbater van het restaurantje waar we lunchten heeft wel een vriendje met een auto. In deze "private car" reden we heerlijk richting huis tot, juist ja, de benzine op was en we net na een heel druk kruispunt tot stilstand kwamen. Een Nepalees crisisteam duwde de auto naar de kant. De pomp was niet heel ver weg, de chauffeur was binnen een kwartiertje terug met een litertje benzine, we konden weer. De benzinetank van de auto van Radjkumar, een bevriende taxichauffeur, lekt al jaren. We zitten er altijd in de stank, dus zijn we eigenlijk wel blij met de komst van de elektrische auto.
Nog zo'n langzame verandering: er ontstaat een middenklasse. Nepalezen gaan op vakantie, of gaan ergens een hapje eten, of bezoeken een toeristische attractie. Er is meer geld, dus wordt er gestapt, gerookt, en waar vroeger alles om 21 uur wel dicht was lopen er nu om 2 uur nog lallende jongeren over straat. Ze kleden zich volgens de laatste mode en enkelen hebben een eigen auto. Niet dat het land nu zoveel rijker is hoor. Er is bar weinig toekomst voor de jongeren. Heel veel mannelijke Nepalezen vertrekken dan ook naar het buitenland. Ze hopen daar flink te kunnen verdienen en dat gebeurt ook wel. Anderen worden uitgebuit, in landen als Qatar en Saoedi Arabië, maar ook in Europese landen. Paspoorten worden afgenomen, de ontstane schuld om het land in te komen wordt op hun magere salaris ingehouden en het werk is soms onmenselijk. Enkele van onze vrienden werken in Europa. Zoals Radju, hij heeft een fatsoenlijke baan in Slovenië. Hij heeft regelmatig vakantie en pakt dan de flixbus naar Nederland, om dan bijvoorbeeld Kerst met ons te vieren en dal baath voor ons te koken. Je kan het dus treffen, maar iedere Nepalees denkt dat het in het buitenland uitstekend gesteld is en wordt daarin veelvuldig heel ernstig teleurgesteld. Opvallend vaak zijn ze net getrouwd, gingen weg toen hun vrouw zwanger was en hebben hun kind dus nog niet kunnen vasthouden. Veel vrouwen zijn hier dus alleen met kind(eren) en moeten zich zien te redden. Dat is ingewikkeld, soms krijgen ze geld uit het buitenland van hun man, soms drukt het een zware stempel op de overige familie.
Het weer lijkt ook te veranderen. Wij kwamen aan en de dag er op ging het regenen, dat deed het vervolgens een dag of vijf. Dat is heel uitzonderlijk voor deze tijd van het jaar. Het kwam ons niet verkeerd uit: wij hadden een smoes om uit te rusten en een paar dagen niets te doen behalve te lezen. Voor andere toeristen was het vervelend en soms heel onaangenaam en zelfs gevaarlijk. Toeristen komen juist deze tijd van het jaar omdat het droog en helder weer is, ze kunnen onbekommerd in de bergen lopen. Daar ontstonden door de regen aardverschuivingen en heftige modderstromen. Bruggen sloegen weg en paden verdwenen. Toeristen regenden zeiknat, of kwamen in gevaar, konden door de aardverschuivingen geen kant meer op en kwamen vast te zitten. Omdat er veel op zicht gevlogen wordt en dat zicht in de regen nihil is, werden vluchten dagenlang geannuleerd. Het dorpje Lukla, waar een airstrip is die door veel toeristen die uit het Everest-gebied komen gebruikt wordt, raakte overbevolkt. Er kon niemand meer bij terwijl toch steeds meer toeristen uit de bergen kwamen en een bed wilden. Het eten raakte op en wc's overvol. Het klimaat lijkt te veranderen, hoewel er ook geruchten gaan over kunstmatige regen die per ongeluk in Nepal is neergedaald. Maar wat het ook is, ook Nepal moet rekening houden met een veranderend klimaat en hiermee ook anders met toeristen omgaan. Een trekking maken is een geweldige ervaring, maar de belofte om over een pas te gaan kan niet, en nu zeker niet door die klimaatverandering, gegarandeerd worden. Niets is zeker, het is een avontuur zonder garantie. Aan de voorkant moeten grenzen gesteld worden, waardoor minder mensen in de problemen komen. En dat is ingewikkeld, omdat de Nepalezen het de toeristen ook zo graag naar de zin maken.
Heel veel dingen veranderen niet en we voelen ons hier nog steeds zo thuis. Aan een tafeltje in restaurant Caravan, met het zicht op de stoepa, daar voel ik me zo gelukkig. Een onbeschrijfelijk vredig gevoel valt daar over me heen, als ik naar de golvende ruches van de stoepa kijk, naar de talloze gebedsvlaggen die wapperen in de wind en al die kleurrijke mensen, die hun rondjes om de stoepa draaien. En dan draai ik later weer mee met de mensen, ik doe er mijn kora's, altijd een oneven aantal en met de klok mee, zet de afstand in mijn spieren om en laat mijn gedachten gaan. Het is zo heerlijk hier.
Morgen laten we onze gedachten ook weer gaan, dan gaan we op trekking. Ik heb er heel veel zin in: lekker bewegen, de luidruchtige en drukke stad uit, de frisse lucht in, jezelf uitdagen, doodmoe het bed in, het eenvoudige leven en in de bergen zijn. Laat maar komen, laat maar zijn, tot later!